Van Klassiek naar heel modern.

Er wordt mij vaak gevraagd wat nou het leukste is van het quilten. Een lastige vraag, want er is zoveel leuk, maar ik denk dat het antwoord toch wel de diversiteit is.

Wanneer je een rondje maakt langs de diverse winkels die op quiltgebied in Nederland te vinden zijn, weet je meteen dat dé quiltwinkel niet bestaat. De diversiteit in kleuren, stijlen en technieken is zo groot. Ieder heeft zijn/haar eigen stijl en gezicht.

Zo ook is het met de technieken:
De meeste van ons beginnen met de basis blokken van vierkantjes en driehoekjes. Een klassieke basis waarmee je de meest prachtige quilts kan maken. Een zoektocht op internet of in één van de vele boeken over antieke quilts, geeft een schat aan informatie en inspiratie.

Een van mijn favoriete boeken is het boek: de geschiedenis van de Nederlandse quilt door An Moonen.


In ons land dateren de oudste vermeldingen van wat men toen een ‘culte’ noemde uit de 13de eeuw. Deze oorspronkelijk zijden culte werd aan het einde van de zeventiende eeuw verdrongen door Indiase handbeschilderde katoenen sits. Deze werden geïmporteerd door de Verenigde Oost-Indische Compagnie en afgenomen door de gegoede burgerij. In de achttiende eeuw leidden de grote hoeveelheden Indiase sits, en ook katoen die in Europese landen werd bedrukt, ertoe dat vrouwen van overblijvende lapjes dekens of spreien gingen maken. Aanvankelijk werden in ons land slechts driehoeken aan elkaar genaaid in een licht-donker patroon, maar al spoedig ontwikkelde zich een manier om ook andere vormen tot hun recht te laten komen in een groter geheel. Veel dessins die ontstonden, herkennen we achteraf als typisch Nederlands.


Ze hebben waarschijnlijk een voorbeeldfunctie gehad voor quilts die vanaf de 19de eeuw in de Verenigde Staten werden gemaakt. Sommige patronen zijn kennelijk door Nederlandse emigranten meegenomen naar hun nieuwe land. De gebruikte materialen, de patronen en de wijze van vervaardiging krijgen uitgebreid aandacht. Dit boek is een rijk geïllustreerd overzicht voor quilters, quiltliefhebbers en geïnteresseerden in textielgeschiedenis.

Quiltwinkel Den Haan en Wagenmakers uit Amsterdam is als standhouder, maar ook met een expositie van “Irish Circle quilts” aanwezig op de tentoonstelling.

De Irish Circle is een patroon van Karen Cunningham geinspireerd op de bruidsquilt van Jane Pizar. Een werkelijk prachtige quilt met veel details. Ik verheug me erop alle verschillende versies te kunnen bewonderen van de dames die deze quilt hebben gemaakt.

In de stand vind je prachtige reproductie stoffen en natuurlijk hun eigen stoffenlijn ‘Dutch Heritage’. Dit zijn gereproduceerde stoffen uit de VOC-tijd.

 

 

Neeltje, deze quilt uit de Dutch Heritage collectie, is gemaakt naar een antieke quilt uit 1865 Maat 66¾” x 66¾”(±170cm x 170cm)

 

 

 

Het andere uiterste van het quilten vind je ook op de tentoonstelling dit jaar.

Onder andere bij Textielgroep Birds, die bestaat uit vier textielkunstenaars. Ze bestaan sinds 2014 en ze werken met thema’s om hun eigen grenzen van de textielkunst te verkennen.

Het leuke bij hun is het gebruik van verschillende materialen en technieken die we in het klassieke quilten niet tegen komen. Wil je alvast meer lezen? Klik hier voor meer informatie.


Ook op het gebied van moderne stoffen en materialen is er een hoop te vinden op de beurs. Al is op het moment van schrijven nog niet alle informatie van de standhouders bekend, ik weet zeker dat er genoeg te vinden zal zijn.

Het blokje van deze keer is:
Het Pinwheel blok. Een veel gebruikt blok. Negentiende-eeuwse quilts waren vooral praktisch; schoonheid was secundair. Dekbedden dienden als raam- en deurbekleding. Door quilts op de vuile muren van een soddie te hangen, leken ze meer huiselijk. Quilts konden dienen als muren, waardoor slaapruimtes in een soddie worden gecreëerd. Quilts opgevouwen en op een plank tussen twee stoelen of boomstronken gelegd, werden een bank.

Als een quilt zo erg versleten was aan de randen dat zelfs opnieuw een binding aanzetten hem niet kon redden dan knipte een naaister hem af om de versleten plekken te verwijderen en verwerkte hem tot een kinderquilt. Elke quilt was te kostbaar om weg te gooien.

Het belang van quilts in het leven van vrouwen werd het best uitgedrukt in de verklaring van een 19e-eeuwse, Lydia Roberts Dunham zei: “Ik zou gek geworden zijn als ik mijn quilts niet had gehad.”

Een uitspraak die ik in deze corona tijd van heel veel quilters heb gehoord.